Elke bloemlezing van muziek voor Kerstmis zou onvolledig zijn zonder de opname van het werk van Fernando Lopes-Graça, die door velen wordt beschouwd als de uitmuntende componist van de 20e eeuw. Hij begon op zijn veertiende als pianist in het Cine-Teatro van Tomar, en zijn muzikale carrière werd gekleurd en beïnvloed door zijn politieke activiteiten als een tegenstander van het fascistische regime. Dit resulteerde in de voortdurende intimidatie tijdens zijn studie aan conservatoria in Portugal en Frankrijk, met inbegrip van zowel verbanning als gevangenschap.

Ondanks zulke extreme wisselvalligheden verrijkte Lopes-Graça de Portugese muziekwetenschap met zijn ijverige onderzoek naar traditionele liederen en dansen, wat het schrijven van twee "Cantatas do Natal" mogelijk maakte. Ze werden voor het eerst uitgevoerd op Kerstavond in 1950 en in 1961 en bestonden in totaal uit vierendertig kerstliederen en ballades van voornamelijk religieuze bronnen voor de Geboorte van Christus, Nieuwjaar en Drie Koningen. Bijna de helft was geworteld in het geheimzinnige Trás-os-Montes gebied en weerspiegelde enkele van de oudste Iberische folklore.

Fernando Lopes-Graça: Cantos do Natal (‘Christmas Songs’), LG 203, Op. 97

Tussen 1934 en 1958 schreef hij nog zeven andere concertuitvoeringen voor het kerstseizoen met als hoogtepunt "Presente de Natal para as Crianças" (een kerstcadeau voor kinderen) met acht liederen gewijd aan de nederigheid en de heiligheid van het jongenskind.

Vreemd genoeg voor zo'n nationale figuur zijn er maar een paar opnames van deze enorme productie en dat zijn vooral digitale bewerkingen van lp's. Deze zijn in Cd of MP3 formaat verkrijgbaar bij bedrijven zoals Naxos of bij academische bronnen zoals universiteitsbibliotheken.

Uit de Folkways Collectie van het Smithsonian Instituut heb ik een kopie gekregen van de opname die in december 1955 op band is gemaakt in de Estrela Basiliek kerk. Het heeft een duur van slechts 28 minuten met tien nummers met kerstliederen die zowel seculier als religieus zijn en die geen van allen aan Lopes-Graça toe te schrijven lijken te zijn, maar toch interessant zijn als voorbeelden van Portugese volksliederen. Het koor wordt niet genoemd, maar de notities op de hoes beweren dat het ensemble een doedelzakspeler en een olifant bevatte, hoewel het trompetteren ervan niet hoorbaar is!

Door Roberto Knight Cavaleiro