De Europese Commissie heeft schriftelijke aanmaningen - de eerste fase van een inbreukprocedure - gestuurd naar Portugal, Duitsland en Roemenië wegens onjuiste omzetting van de vierde antiwitwasrichtlijn (AMLD4).

Volgens een verklaring is de omzettingstermijn voor AMLD4 op 27 juni 2017 verstreken en heeft Brussel, na een beoordeling van de omzettingsmaatregelen die door Portugal en de andere twee doellanden zijn meegedeeld, geconcludeerd dat verschillende bepalingen van de richtlijn niet correct in nationaal recht zijn omgezet.

De betrokken lidstaten moeten belangrijke aspecten van het kader tegen het witwassen van geld aanpakken, zoals de correcte uitwisseling van informatie tussen financiële inlichtingeneenheden (FIE's), klantenonderzoeksvereisten en adequate samenwerking tussen FIE's, of de transparantie van centrale registers van uiteindelijke begunstigden.

Duitsland, Portugal en Roemenië hebben twee maanden de tijd om een bevredigend antwoord te geven op de argumenten van de Commissie, zo niet zal de Commissie besluiten over te gaan tot de tweede fase van de inbreukprocedure, met de toezending van een met redenen omkleed advies.

De strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme is van essentieel belang om de financiële stabiliteit en veiligheid in Europa te waarborgen, benadrukt de Europese Commissie.