Volgens de studie van het bureau voor sociale studies van de CGTP, die gebaseerd is op gegevens van het INE, zijn vorig jaar netto ongeveer 100.000 banen verloren gegaan, wat overeenkomt met een jaarlijkse daling van 2 procent, waardoor de groei van zes jaar geleden wordt onderbroken.

Voor de vakbond is dit het bewijs dat "de maatregelen die de regering als antwoord op Covid-19 heeft genomen, niet voldoende waren, noch afdoende om de vernietiging van de werkgelegenheid en de toename van de werkloosheid te voorkomen".

"Niet alleen hebben zij de ontslagen niet verboden, maar zij hebben ook de lonen en inkomens van meer dan 1,4 miljoen werknemers in het hele land verlaagd (...), met alle gevolgen van dien voor de economie en de samenleving, waardoor in deze tijd de zoveelste crisis is ontstaan", staat in het document.
Volgens de analyse werden werknemers met onzekere banen als eersten ontslagen, wat de belangrijkste reden is voor banenverlies en werkloosheid, en wel in een hoger tempo dan in de voorgaande jaren. In de tweede helft van vorig jaar nam het aantal onzekere banen echter weer toe, hoewel het niet terugkeerde naar het niveau van voor de pandemie, "als gevolg van de groei van schijnzelfstandigheid en andere vormen die nog precairder zijn dan arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd".

"In het 4e kwartaal van 2020 bereikte de onzekerheid gemeten via de INE-gegevens (die hun werkelijke aantal onderwaarderen) 710,4 duizend werknemers, van wie meer dan de helft vrouwen waren (384.000)", benadrukte de studie.

Onzekerheid treft 17,6% van de totale loontrekkenden, altijd hoger bij vrouwelijke werknemers (18,3% tegenover 16,7% bij mannen), op alle leeftijden. Bij jonge vrouwen tussen 15 en 34 jaar bedraagt het aantal niet-permanente contracten meer dan 36 procent, 65 procent bij vrouwen jonger dan 25 jaar en bijna 30 procent in de groep tussen 25 en 34 jaar.

Volgens de studie leiden onzekere contracten niet alleen tot een onzekere baan, met ook gevolgen voor het persoonlijke en gezinsleven, maar ook tot lonen die 20 tot 30 procent lager liggen dan die van werknemers met een vast contract. Volgens de CGTP bedroeg de reële werkloosheid in 2020 bijna 600.000 werknemers, een stijging met meer dan 68.000 ten opzichte van 2019. Het aantal werkloze vrouwen bereikte vorig jaar bijna 318.0000, wat overeenkomt met meer dan de helft van de totale reële werkloosheid (53 procent).

De enquête wees er ook op dat "de meerderheid van de werkloze vrouwen geen toegang heeft tot werkloosheidsuitkeringen", terwijl iets meer dan een derde dat wel heeft.

Bovendien "zijn de verdiende waarden gemiddeld zeer laag", namelijk 503 euro in 2020, d.w.z. onder de armoedegrens, die in 2019 540 euro bedroeg. Vorig jaar bevond 20,2 procent van de vrouwen in Portugal zich in een situatie van armoede of sociale uitsluiting, een cijfer dat hoger is dan dat van mannen (19,4 procent), maar dat afneemt ten opzichte van 2015, toen het 28,1 procent bedroeg.