De versterking van het toezicht op de terrassen, die maandag zijn heropend in het kader van de tweede fase van de versoepeling van de lockdown, was een van de onderwerpen van de vergadering van de structuur voor toezicht op de noodtoestand, onder coördinatie van de minister van Binnenlands Bestuur, Eduardo Cabrita.

Van de verschillende onderwerpen die aan de orde kwamen tijdens de vergadering, die diende om de balans op te maken van de uitvoering van de maatregelen ter bestrijding van de pandemie, vestigt het ministerie van Binnenlandse Zaken de aandacht op de "versterking van het toezicht op de terrassen door de veiligheidstroepen en -diensten".

De entiteiten die deel uitmaken van de structuur voor toezicht op de noodtoestand geven toe dat "de niet-naleving van de maatregelen om de pandemie in te dammen de vervroegde sluiting van deze ruimten en de bijbehorende verantwoording van de overtreders rechtvaardigt".

De eigenaren van horecagelegenheden hebben reeds hun bezorgdheid geuit over de niet-naleving door vele klanten van het gebruik van maskers op de terrassen.

Een ander voorschrift dat voor de werking van deze ruimten is opgelegd, heeft te maken met het aantal zitplaatsen.

Deze structuur volgt en verstrekt regelmatig informatie over de maatregelen die op het vasteland en in het kader van de pandemie van kracht zijn, en is op 7 april voor de 24e keer sinds maart 2020 bijeengekomen.

Deze vergadering, per videoconferentie, werd bijgewoond door de staatssecretarissen van de verschillende regeringsgebieden en de regionale coördinatie, naast de hoofden van het GNR, het PSP, het SEF, de Autoriteit voor voedselveiligheid en -economie (ASAE), de nationale autoriteit voor noodsituaties en civiele bescherming en de strijdkrachten.

"Ook is overwogen om meer toezicht te houden in sectoren waar uitbraken van SARS-CoV-2 zijn voorgekomen, zowel vanwege de vertraging bij de bestrijding van de pandemie als vanwege het negatieve effect op de risico's van incidentie in gemeenten met weinig inwoners", aldus het MAI in een verklaring.

Het ministerie onder leiding van Eduardo Cabrita zei ook dat "het positieve effect op de economie, als gevolg van de eerste fase van de deconfinitie, eveneens werd opgemerkt" tijdens de vergadering.