"Om de opruiming van het gevaarlijk afval op de afvalbergen van de oude mijnen van São Pedro da Cova tot een goed einde te brengen, moet opnieuw een beroep worden gedaan op het wettelijk mechanisme van de CCP [Code des marchés publics] voor de uitvoering van aanvullende diensten die verder gaan dan de oorspronkelijk geplande hoeveelheden, en moeten extra uitgaven ten belope van twee miljoen euro worden toegestaan", aldus de tekst van de resolutie.

Naast andere redenen die worden aangevoerd, rechtvaardigt de ordonnantie de extra uitgaven omdat de voortgang van de werkzaamheden het mogelijk heeft gemaakt gevaarlijk afval op te sporen "buiten de voor interventie vastgestelde grenszone, waarbij een deel van het afval langs een lange helling ligt, die op het moment van de onderzoeken totaal ontoegankelijk was".

Volgens de verordening was er ook "het veelvuldig voorkomen van verschillende verontreinigde ijzerhoudende massa's, met een dichtheid die ongeveer vijf maal groter was dan de dichtheid van de afvalmassa".

De verwijdering van dit afval in die parochie in de gemeente Gondomar, district Porto, begon in oktober 2014, meer dan 10 jaar na de storting, in een eerste fase die eindigde in mei van het volgende jaar, met de verwijdering van de eerste 105.600 ton.

In de loop der jaren heeft deze situatie aanleiding gegeven tot vragen en verzoeken van politieke partijen, alsook tot lokale initiatieven zoals waken, concentraties en protesten, en de verzending aan de premier, António Costa, van duizenden ansichtkaarten met de zin "Totale verwijdering van gevaarlijk afval in São Pedro da Cova nu", vergezeld van afbeeldingen die gevarentekens symboliseren.