Schildklierknobbels zijn groepen cellen die abnormaal groeien en een ovale of ronde vorm aannemen. Ze kunnen alleenstaand of meervoudig zijn (als er meerdere zijn, spreekt men van een multinodulair struma). Ze kunnen vast, gemengd of cystisch zijn (deze bestaan uitsluitend uit vloeistof en zijn altijd goedaardig van aard).

Het is een veel voorkomende situatie die ongeveer 70% van de wereldbevolking treft. Ze komen vaker voor bij vrouwen en ouderen (de helft van de mensen boven de 60 jaar heeft knobbeltjes).

De meeste schildklierknobbeltjes zijn goedaardig (90-95%), en er is geen eenduidige oorzaak voor hun verschijnen. Enkele van de risicofactoren zijn jodiumtekort, schildklierknobbels in de familie, hoge leeftijd of vrouw zijn.


De meeste schildklierknobbels veroorzaken geen symptomen. Soms is er pijn vooraan in de hals, heesheid, moeilijkheden bij het slikken van vaste of vloeibare stoffen, vooral als ze zeer omvangrijk zijn.

Wanneer ze gepaard gaan met een verhoogde productie van schildklierhormonen, kunnen ze slapeloosheid, veranderingen in de darmtransit, vermoeidheid, gewichtsverlies, verhoogde hartslag, angst en warmte-intolerantie veroorzaken.


Ze worden vaak toevallig ontdekt, hetzij door palpatie van een knobbeltje in de buurt van de schildklier, hetzij door een echografie te ondergaan. De bevestiging gebeurt door een echografie, die de diagnose en de karakterisering van de knobbeltjes in termen van grootte en risico op kwaadaardigheid mogelijk maakt.

Wanneer schildklierknobbeltjes worden ontdekt, is het belangrijk om de niveaus van schildklierhormonen in het bloed te bepalen en ook van het hypofysehormoon dat de schildklier reguleert (TSH - thyroïd stimulerend hormoon), aangezien sommige van deze knobbeltjes op ongecontroleerde wijze schildklierhormoon kunnen produceren en zo hyperthyreoïdie kunnen veroorzaken. Als dit gebeurt, wordt de knobbel een toxische knobbel genoemd of, als er meerdere knobbels zijn, een toxische multinodulaire struma.


Bij thyreoïditis (ontsteking van de schildklier) kunnen ook knobbeltjes of pseudoknobbeltjes ontstaan, met hypothyreoïdie (tekort in de productie van schildklierhormonen) of hyperthyreoïdie.

Bij vaste knobbeltjes groter dan 10-15 mm, gemengde knobbeltjes groter dan 15-20 mm of een verdacht echografisch resultaat, kan schildklierkanker worden vermoed en kan een biopsie nodig zijn.


In minder vaak voorkomende gevallen kan een schildklierscintigrafie of zelfs een operatie nodig zijn om het type knobbel te identificeren.

Er zijn situaties die meer aanleiding geven tot bezorgdheid over de mogelijkheid van schildklierkanker: Knobbels met een harde consistentie; die zich aan het omliggende weefsel hebben gehecht; snelle groei; drukkende symptomen/verschijnselen (een druk voor in de hals voelen, kortademig zijn, moeite met slikken); aanwezigheid van vergrote lymfeklieren.

De behandeling hangt af van het soort knobbeltjes, waarvan de meeste alleen regelmatig met een echografie onder controle moeten worden gehouden en die nooit behandeld hoeven worden.


HPA Groep

+351 282 420 400