In het rapport staat dat 43 procent van de mannen die reageerden op het onderzoek het ermee eens is dat ze zich even verantwoordelijk voelen voor zorgtaken als hun respectievelijke partners, maar slechts 61 procent van de vrouwen zei hetzelfde te denken over de verdeling van zorgtaken van hun mannelijke tegenhangers.

"Er kan sprake zijn van een overwaardering van mannen met betrekking tot medeverantwoordelijkheid en ze kunnen denken dat ze meer deelnemen als het gaat om zorgtaken dan ze in werkelijkheid doen", vertelde onderzoeker Tatiana Moura, een van de auteurs van "A Sitação da Paternidade e do Cuiidado em Portugal 2023", aan het agentschap Lusa.

Het rapport werd op 16 december gepresenteerd op de Faculdade de Economia van de Universiteit van Coimbra, tijdens de eerste "Masculinidades em Perspetiva", georganiseerd door Men Talks, in samenwerking met het Observatório das Masculinidades (van CES) en de studenten met een master in internationale betrekkingen en sociologie aan de faculteit.

Het onderzoek werd uitgevoerd tussen februari en mei en is ontwikkeld door Equimundo - Center for Masculinities and Social Justice (uit de Verenigde Staten), dat elke twee jaar een rapport uitbrengt waarin ook Portugal is opgenomen in de landen die dit jaar zijn geanalyseerd.

Het totale aantal ondervraagden was 809 en "ondanks het feit dat het niet de nationale bevolking vertegenwoordigt", geeft het toch een idee van de evolutie van vaderschap en zorg in het land, aldus Tatiana Moura.

Hoewel er een bepaalde perceptie lijkt te bestaan van de rol van mannen met betrekking tot de verdeling van de taken thuis, vestigt de coördinator van het Observatório das Masculinidades de aandacht op de resultaten die wijzen op "een evolutie" in de "wil" van mannen als het gaat om deelname aan huishoudelijke taken.

"Een paar jaar geleden zouden mannen niet eens zeggen dat ze de wil hebben om tijd vrij te maken voor huishoudelijke taken. Er is tegenwoordig een sociale constructie over mannelijkheid die vergeleken met de jaren '40 totaal anders is, waarbij mannen meer zorgtaken op zich willen nemen en meer tijd met hun kinderen willen doorbrengen", aldus de coördinator.

Naast de kloof tussen hoe ondervraagde vrouwen en mannen denken over de verdeling van zorgtaken, merkt het onderzoek ook op dat vrouwen uiteindelijk meer uren per dag besteden aan de zorg voor hun kinderen en schoonmaaktaken.

In het geval van kinderopvang geeft 21 procent van de vrouwen aan meer dan zes uur per dag aan deze taken te besteden, vergeleken met 7 procent van de mannen, waarbij de meerderheid van de vaders aangeeft tussen de één en twee uur per dag aan dezelfde taken te besteden, aldus de onderzoeker.

Tatiana Moura benadrukte dat de meerderheid van de moeders en vaders (respectievelijk 73 procent en 79 procent) aangaf geen tijd te hebben om voor hun kinderen te zorgen, wat ze rechtvaardigden met de "zeer zware werkdruk" van het dagelijks leven buitenshuis.

Het onderzoek richt zich ook op het gebruik van ouderschapsverlof in het land, waaruit blijkt dat "een groot percentage geen gebruik maakt van het verlof", om redenen zoals de angst om hun baan te verliezen of niet vooruit te komen in hun carrière, evenals het feit dat het verlof niet voor 100 procent financieel wordt gedekt.

Wat betreft de zorg voor ouderen of mensen met een handicap zegt 75 procent van de respondenten dat ze geen tijd hebben om deze zorg te verlenen.