Buiten het broedseizoen is deze kosmopolitische, mollige kustvogel actief in intergetijdengebieden, van rotskusten tot rivierdelta's en van kusten op het vasteland tot afgelegen eilanden in de oceaan. In de Algarve kan men ze zelfs zien foerageren langs met stenen omzoomde rivieren, zoals die in Lagos en Tavira.

De grauwe, bonte bruine en zwarte bovendelen van het winterkleed bieden bescherming tegen scherpziende roofdieren zoals smelleken en sperwer in het zeewierrijke getijdengebied van de noordelijke oceanen. Op koraalatollen bestaan dergelijke bedreigingen niet!

In het voorjaar nemen de vogels het lichtere verenkleed aan dat op de foto is afgebeeld als ze naar het noorden trekken naar broedplaatsen in het subarctische en Arctische gebied, waar het een doeltreffende camouflage vormt in heidevelden en toendravegetatie. Maar omgekeerd kiezen sommigen voor een nest op relatief kale grond. Als jongen was ik verrukt toen ik er in juni een vond bij een klein meertje in Wensleydale, maar het is nooit bewezen dat de soort tot in het zuiden van Groot-Brittannië nestelt.

De in Iberia overwinterende steenlopers zijn voornamelijk afkomstig van een noordwestelijke populatie die broedt in Groenland en het noordoosten van Canada, hoewel Scandinavische vogels er ook langs moeten, want sommige blijven tot in Marokko. Ze vormen in dit seizoen losse, gewoonlijk kleine, groepen en zijn nogal luidruchtig, vooral als ze worden verstoord. Het karakteristieke lage, golvende gekir is heel anders dan dat van welke andere steltloperkroep in onze streek dan ook.

Zoals de naam al doet vermoeden, gooien steenlopers stenen om op zoek naar insecten, schaal- en weekdieren die het hoofdbestanddeel van hun dieet vormen. Napslakken en zeepokken worden geopend door handig gebruik van de snavel. Meerdere individuen kunnen samenwerken om een groot voorwerp om te draaien. Ze zijn niet vies van aas, zoals dode vissen en zoogdieren, en menselijke etensresten. In de broedgebieden maken insecten en plantaardig materiaal, zoals kraaibessen, een groot deel van hun voedsel uit.

De vogels verdedigen hun eieren en jongen met verve en vallen zowel afzonderlijk als in groepsverband jagers, meeuwen en poolvossen aan. Afleidingsvluchten en geveinsde verwondingen worden ook gebruikt om indringers (ook mensen) weg te lokken van hun nesten.
Alan Vittery